In 1707

In het begin van de 18de eeuw weigerden vele boeren uit de omstreken van Tongeren het bundergeld te betalen.  Dit bundergeld werd geheven voor de heropbouw van Tongeren, in 1677 volledig platgebrand door de Franse troepen van Lodewijk XIV, de Zonnekoning.
Aan die heropbouw werd lang gewerkt en op 8 juni 1707 was de kas in Tongeren leeg en dachten ze er aan Lauw een bezoekje te brengen.

De Stadsdienaars, een soort deurwaarders, of "Executeurs van de Hooghe Justitie", hadden graag enkele varkens als taksbetaling.
Maar dat verliep toch niet zoals ze verwacht hadden.

Eerst kwam de kleermaker aan de beurt, maar zijn vrouw deed zo nodig een dringende behoefte op hun opdracht.

Dan gingen ze naar Laurens Daenen en Pieter Baillien. 

Deze bleken niet thuis en de Stadsdienaars besloten te wachten tot Katrijn, de varkenshoedster, met de dieren van het veld kwam.

Katrijn was echter geen katje om zonder handschoenen aan te pakken en zij ging Vander Heyden, de eerste Stadsdienaar, dadelijk met de zweep te lijf.  Een dertigtal dames kwam onmiddellijk ter versterking opdagen, allen gewapend met rieken en gaffels.  Een der dames liep zelfs met getrokken dolk rond.

De Stadsdienaars toonden hun opdracht en zegden: "Wij zijn geen dieven.  Hier is onze opdracht.  Roep eventueel de Pastoor of iemand anders die lezen kan."

Een zekere Michiels kwam naar voor om te lezen, maar deed Vander Heyden aansluitend het papier opeten. Daarna kwamen de vrouwen weer in actie en gingen als wilden te keer. 

De dienaars kregen weer van de zweep en werden volledig onder de voet gelopen.  Het werd zo erg dat Stadsdienaar Ghijs Vander Heyden later verklaarde dat hij niet meer naar Lauw durfde gaan innen uit angst werkelijk doodgeslagen te worden.

In 1714 was de Tongerse kassa weer leeg en dachten ze weer aan Lauw om wat achterstallig bundergeld te gaan innen.  Dat jaar stonden Jan Ernes en Aerdt Germis, twee brave Lauwenaren op hun lijstje.  De Stadsdienaars kwamen weer zwaar gehavend en zonder geld uit de strijd.  Vander Heyden, weer hij, hield er dit keer een gebroken arm aan over.  Hij zou niet meer komen innen in Lauw !  Zijn begeleider, Louis Trieckels had verzorging nodig wegens open hoofdwonden.  Dat keer werd er ook nog geschoten, maar niemand werd geraakt.

Van deze beide feiten werden, niettegenstaande lang zoeken, geen straffen gevonden.